Toekomst van de Wet DBA: uitstel van executie?

Toekomst van de Wet DBA: uitstel van executie?

Boris Emmerig, advocaat en belastingadviseur Holla Advocaten, is geen onbekend gezicht in de ZP Radiostudio. In maart sprak hij in HoofdZaken over het juridische doolhof rondom de Wet DBA. Vandaag hervat hij het gesprek met Paul van Leeuwen en Sebas Krijgsman en geeft hij zijn uitgesproken mening over de reeds verschenen voortgangsbrief van minister Koolmees.

Nog geen helderheid

Minister Koolmees en Staatsecretaris Snel bogen zich na de formatie van Rutte III over de veelbesproken Wet DBA. Al snel werd aangegeven dat er voor de zomer van 2018 opheldering zou volgen over de handhaving van de wet. De voortgangsbrief van 22 juni bevat meer informatie, maar zorgt niet voor de helderheid waar Emmerig op hoopte. “De brief laat nog veel onduidelijkheden voortbestaan, waardoor we wederom moeten wachten tot na de zomer. Ik lees in de brief ook nog veel twijfel rondom bijvoorbeeld de webmodule.

“Als je zeker weet dat de module komt, dan zou je alleen vertellen hoe die eruit gaat zien en laat je het gegeven óf het er komt achterwege.”

De webmodule

Sinds de vervanging van de Wet DBA is geopperd, is de webmodule een veelbesproken onderwerp. Ook in de voortgangsbrief wordt deze belicht, maar ontbreekt een toelichting op hoe de module eruit komt te zien en of deze er daadwerkelijk komt. “Dit verbaast mij niks, de webmodule is een oud idee. Toen dit een paar jaar geleden gelanceerd werd, waarschuwden diverse deskundigen al dat het niet gaat werken. Die bezwaren gelden nog steeds”, aldus Emmerig. “Ik denk dat het ministerie hier nog mee worstelt en daarom de zomer benut om te kijken hoe de webmodule operationeel gemaakt kan worden.”

“Je kunt op papier alles mooi uitschrijven, maar ‘the proof of the pudding’ zal in de praktijk moeten uitwijzen.”

Definitie van ‘gezag’

Eind vorig jaar heeft de Tweede Kamer een motie ingediend, waar Koolmees gevraagd werd het begrip ‘gezag’ te verduidelijken onder de huidige wetgeving. Emmerig verwachtte dat hij in de brief deze vraag zou beantwoorden, maar het antwoord blijft uit tot uiterlijk 1 januari 2019. “Je verwacht dat men, na zoveel jaar Wet DBA, wel weet hoe de wet verduidelijkt en inzichtelijk gemaakt kan worden. Het verbaast mij dat de minister hier een jaar over doet, terwijl de Belastingdienst al wel vanaf 1 juli gaat handhaven”. 

“Verbreed je blik: we hoeven hier niet het wiel uit te vinden.”

Verkeerde werkwijze

Volgens Emmerig hanteert de minister niet de juiste volgorde: “Voordat er gehandhaafd wordt, moet eerst duidelijk zijn welke norm of regel je aanhoudt”. Onduidelijkheid rondom het begrip gezag zorgt voor onzekerheid, maar Emmerig benadrukt ook dat verschillen binnen de ZP-markt zorgen voor discussie. “Het is heel lastig om de diversiteit van de praktijk te vangen in een definitie van gezag. Ik ben van mening dat dit niet kan. Wat wel mogelijk is: een lijst met indicatoren van omstandigheden die wel of niet wijzen op gezag.” Emmerig stelt daarbij voor over de grenzen heen te kijken, omdat de problematiek daar ook speelt.

We gaan de zomer in met een hoop nieuwe ontwikkelingen, maar het verhaal is nog lang niet klaar en gaan daarom in volle vaart door.”

En nu…

Emmerig ziet twee mogelijkheden voor de toekomst van de Wet DBA: weer uitstel of alles blijft zoals het nu is. “Als er geen vervanging komt voor de Wet DBA blijven we varen op het kompas van jurisprudentie. Ik vind het huidige systeem goed werkbaar, maar dat zeg ik als vakman.  Ik snap dat als mensen minder in de materie zitten het lastiger vinden en daarom vooraf meer duidelijkheid willen. Toch denk ik niet dat er één oplossing is. Het is geen exacte wetenschap en daarom zullen er altijd onduidelijkheden zijn.”

Meer informatie over de besproken brief en toezichtplannen van de Belastingdienst vind je hier. Beluister de volledige radio-uitzending met Boris Emmerig hieronder. Of bekijk op de website van ZP Radio de eerdere uitzendingen van HoofdZaken.

 

Natasja Spooren, medewerker marketing & communicatie

Natasja Spooren (1990) is sinds 2018 werkzaam bij HeadFirst. In 2011 nam zij haar hbo-diploma in ontvangst, waarna zij bij diverse organisaties een marketing & communicatie functie bekleedde. Als medewerker marketing en communicatie houdt zij zich bezig met alle facetten van externe communicatie en PR.